Terug naar: Borduur je Happy in 30 dagen

Dag 3 ā Aan- & afhechten + Basissteken
Welkom op dag 3,
Het aan- & afhechten en de basissteken zijn de fundamenten van het borduren. Vandaar dat we ze vandaag gaan bespreken en oefenen.
Vandaag leer je:
- Hoe je een draad goed aanhecht (begin)
- Hoe je een draad afhecht (einde)
- Hoe je drie basissteken borduurt: rijgsteek, stiksteek en satijnsteek
- Hoe je ze toepast in een eenvoudige bloemvorm
Wat heb je nodig?
Materiaal | Uitleg |
---|---|
Borduurring | Voor een strak gespannen stofoppervlak. |
Stof (±15Ć15 cm) | Katoen, linnen of Aida. |
Borduurgaren (DMC, Scheepjes, Anchor…) | Gebruik 2 draadjes voor fijne steken. |
Naald (maat 22ā26) | Borduurnaald met groot oog. |
Potlood/stift | Voor het tekenen van je oefenbloem. |
Schaar | Voor netjes knippen van je garen. |
Aan- & Afhechten
Hoe hecht je aan (begin)?
Er zijn meerdere manieren. Vandaag leer je de ‘lusmethode’ en de ‘onder-draadje’ methode.
Methode 1 ā De lusmethode (voor even aantal draadjes, bijv. 2)
- Neem 1 draad van 70 cm en vouw die dubbel. Je hebt nu een lus aan het uiteinde en 2 draadjes door je naald.
- Steek van onder naar boven in je stof.
- Prik een paar mm verder terug naar beneden.
- Steek je naald door de lus aan de achterkant.
- Trek voorzichtig aan ā de draad zit nu vast.
Makkelijk, netjes en onzichtbaar!
Methode 2 ā Onder een steekje verstoppen (voor losse draadjes)
- Laat 3ā4 cm draad aan de achterkant hangen.
- Borduur je eerste steken voorzichtig over dit staartje heen.
- Trek zachtjes ā de draad zit vast door frictie.
Handig als je met 1 draad werkt of niet wilt vouwen.
Hoe hecht je af (einde)?
- Steek de naald aan de achterkant onder 2 Ć 3 bestaande steken.
- Trek de draad door, zonder strak te trekken.
- Knip kort af.
Niet knopen tenzij het echt moet ā knopen kunnen bobbels geven onder je werk.
Basissteken

Rijgsteek (Running Stitch)
Gebruiken voor: sierlijnen, randen, structuur
Zo doe je dat:
- Op en neer door de stof, steeds kleine stukjes.
- Zorg voor regelmatige afstand tussen de steken.
- Op de afbeelding is te zien dat de stof vooraf op de naald geregen wordt alvorens de draad er doorheen getrokken wordt. Bekijk welke methode je fijner vindt.

2. Stiksteek (Backstitch)
Gebruiken voor: contouren, letters, strakke lijnen
Zo doe je dat:
- Begin met een steek.
- Kom iets verder omhoog, steek terug naar het eind van de vorige steek.
- Herhaal: vooruit prikken, terugsteken.
- Een iets ingewikkelder methode is te zien op de afbeelding. Bekijk welke methode je het fijnst vindt.

3. Satijnsteek (Satin Stitch)
Gebruiken voor: vlakken vullen (blaadjes, hartjes, stippen)
Zo doe je dat:
- Trek de draad van de ene naar de andere kant van een vorm.
- Werk parallel met je steken.
- Vul het hele vlak strak en glanzend.
Tip: Begin met korte afstanden. Grote vlakken zijn moeilijker gelijkmatig.
Borduuroefening
Voorbereiding:
- Teken een bloem op je stof:
- Kleine ronde kern
- 5 simpele blaadjes eromheen
Borduur:
- Kern: met rijgsteek
- Omtrek blaadjes: met stiksteek
- 1 of 2 blaadjes opvullen: met satijnsteek
Veelvoorkomende beginnersfoutjes
Fout | Oplossing |
---|---|
Draad trekt te strak | Iets losser trekken, voel de stof niet meebewegen. |
Lusmethode mislukt | Probeer opnieuw met een korter draadje, oefening baart kunst. |
Satijnsteek ziet er rafelig uit | Werk van buiten naar binnen en trek je draad recht omlaag. |
Reflectie
Pak weer je schriftje, dagboek of journal erbij en werk de vragen uit.
- Wat ging er goed bij het aanhechten?
- Welk steek voelde het meest natuurlijk?
- Waar raakte je je concentratie kwijt? En waar zat je juist in een fijne flow?
- Wat wil je morgen opnieuw proberen?
Vragen of opmerkingen
Mocht je vragen, opmerkingen hebben of begeleiding nodig hebben kun je het onderstaande contactformulier invullen. Ik probeer altijd zo spoedig mogelijk te antwoorden.